Theater- en poëzieteksten Christophe Mailleux Gedichten Welkom Auteur Nieuw 2015 Nieuw 2017 Nieuw 2019 Toneelwerk Galerie Gedichten Contact
Christophe Mailleux - 2021
“Wentelingen” - dichtbundel februari 2016 Nog één keer hadden we in elkaars armen moeten liggen Nog één enkele keer, zij aan zij,  ruggelings, kijkend naar het hemelgewelf bij nacht.  We hadden al wat we voelden  op de sterren kunnen projecteren, onze verdrietjes  aan de verste sterren kunnen toewijzen  en er letterlijk  afstand van nemen. Nog één keer hadden we dàt moeten doen en dan zou ik gefluisterd hebben  “bedankt voor de fijne momenten”  en dan zou jij gezegd hebben  “sorry”.  Getroffen door de schoonheid van de seizoenswentelingen schreef Christophe Mailleux zijn eerste regels poëzie. De  dagelijkse beslommeringen, de scherpe en zachte kantjes van de liefde, het genot van de Argentijnse tango... alles kon  een kiempje zijn tot een mooie tekst.  Na er lang over nagedacht te hebben, werd uiteindelijk de stap gezet om enkele van die gedichten in boekvorm te  publiceren: “Wentelingen” is zijn eerste dichtbundel en betekent zoveel als een kroniek, een catharsis, een berusting,  maar bovenal een drang op de pen ter hand te nemen.    

Kloosterstilte

Een woud met de kolossaalheid van een bergketen gereduceerd tot een zee van schrompelhoofden. De wenselijke wedergeboorte kiemt reeds in ‘t verval als bruine vlinders alleen nog neerdalen, en oude angst vervaagt in troostvolle rust. Knisperige bladeren met een sepia geheugen hopen zich op tot lijkenpiramiden en operahelden zonder tooisels tellen hun jaarringen in kloosterstilte. Zwijgzame bomen, ontvoogd en onttakeld, als gekromde denkers van Rodin.

Zeewierdans

Een hemel als een hangmat, met één enkele vingerknip baarde de ochtend een woordeloos bestaan de zuiderse tijdsbeschouwing is uit de wandelgangen weggewarreld, seizoensgeschiedenis uit de bomen geschud zwijgplicht formele roerloosheid toverspreuken van stille inkeer is alles wat rest en jij in je vermiljoenrode jas en de deinende zeewierdans van je armen.

Willoos bloot

Gris me spies me vast op de doornen van je liefde pluk mijn pluizen van vertwijfeling en blaas ze in het windpad kloof mijn bast naar bloot hout en pel mij uit mijn dop rol mijn naaktheid in je handen ik capituleer staak verzet bied me geheel aan u onbedekt een willoos bloot. Argentijnse tango Omhelzen in een tedere surplace, het enkelgewricht zoekend naar gelijkbalans om dan samen op het ijspad van klanken in ontgrendeling als één weg te glijden. Gepiloteerd tussen clangevoel en pubersentiment slaap tegen slaap, romp aan romp, langs de schrikdraad van de bandoneon gegidst door de torsie van het torso. Muziek als dynamisch onderduikadres voor de tweeledige egocultus van man en vrouw, om na de balsem van cabeceo en abrazzo halt te houden tussen droom en daad.

“Wentelingen”

ISBN 9789463187015 Harde kaft 193 x 260 mm 112 blz. 20 € + verzending  
Gedichten